TOP

Architecturale sculptuur

Een geklasseerde vierkantshoeve verlaten doe je niet zomaar. Ware het niet dat een serieuze renovatie zich opdrong, dan was de bouwheer waarschijnlijk in het Pajottenland blijven wonen. Maar op aandringen van zijn echtgenote die toe was aan een nieuw avontuur en daarvoor graag terugkeerde naar haar roots in het Gentse, begon ook hij stilaan plannen te maken in zijn hoofd. En bij het eerste ontwerp van Hulpia was hij helemaal overtuigd. Ze hadden al met andere architecten gesproken maar toen ze in de rand van Gent een mooi perceel vonden, zagen ze een tweede referentie van Hulpia, namelijk bij de buren. Hulpia: “De klant wou iets compleet anders dan hun 17e-eeuwse vierkantshoeve en ze houden heel erg van de modernistische architectuur uit de jaren 1920 – 1930. De intimiteit van de binnentuin die ze kenden in hun hoeve wilden ze wel op de één of andere manier graag herhaald zien en ze speelden ook met het idee om te werken met een centrale blok waar je helemaal rond kan lopen. Verder mocht het geheel vrij open zijn en de grens tussen binnen en buiten zo minimaal mogelijk. Hoewel het ontwerp vrij vlug vaststond, was de materialisatie van het bovenste volume niet meteen bepaald. Met behulp van 3D-visualisaties zijn verschillende uitvoeringen de revue gepasseerd. Er is even gedacht aan een uitvoering in donker hout maar uiteindelijk hebben we voor baksteen gekozen omdat het onderhoudsvriendelijker is en om een onderscheid te maken in architectuur in vergelijking met de aanpalende gebouwen.

Het zorgt alvast voor een eyecatcher in het straatbeeld. Aan de voorzijde zien we een bakstenen volume balanceren op twee betonwanden in ruw ontkist beton. Het bijzondere eraan is dat het deels lijkt te zweven boven een niet meteen zichtbare sokkel en vooral dat het volume geen rechte maar afgeronde hoeken heeft, een verwijzing naar de modernistische architectuur. Geen evidentie om dit met baksteen te bereiken, de hoekstenen werden dan ook speciaal in trapeziumvorm gezaagd. Op deze specifieke baksteen van Wienerberger die door Hulpia werd voorgesteld, de Archipolis amber geel, hebben ze even moeten wachten én het is het eerste project dat hiermee werd uitgevoerd. Deze steen sprak de klant vooral aan omwille van de kleurnuance. “Zet er een tweede huis mee en de muren zullen toch anders zijn. Het is immers geen egaal geel. De clusters met bruinere vlekken wisselen open vlakken af en dat maakt het interessant. Deze baksteen en de vorm van de ramen zijn ook een knipoog naar Villa Cavrois en het modernisme uit het interbellum. Om de horizontaliteit van het volume te benadrukken werden de stootvoegen bovendien weggelaten.”

Het zwevende effect wordt in de hand gewerkt door een verschil van 70 centimeter tussen het bovenste volume en de eveneens horizontale betonwand eronder. Verder wordt dit bekomen door een beperkt aantal steunpunten. Het bovenvolume wordt opgevangen door staalbouw en gegoten beton. In de nagenoeg gesloten voorgevel leidt de open ruimte naar een soort binnentuin met meteen om de hoek van de betonwand de ingang naar de woning. In deze binnentuin zorgen de oude krentenboom en vooral de twee beeldhouwwerken die op een sokkel van Cortenstaal prijken, voor een oase van rust. Met de verticale betonwand in plankenbekisting als achtergrond waan je je in een buitenmuseum. Deze wand waar het bovenste volume op rust, schermt ook af van de noordenwind en is de visuele verbinding met de tuinberging als extra volume waardoor die niet verloren staat. Die laatste dient tevens als visuele buffer naar de achterliggende buren.

Binnenin regelt het centrale volume de organisatie en circulatie in de woning en dat is meteen duidelijk. Deze box vormt als het ware de ruggengraat van de woning en wordt geaccentueerd in kleur – zwart – en vorm, namelijk door de restruimte met het plafond. Daardoor krijg je binnenvallend licht in doorgaans donkere ruimtes als de berging en zie je hoe de metalen trap naar de bovenverdieping er bovenuit komt. Er is enorm goed nagedacht over het ontwerp van de box want hierin zijn ook alle technieken geconcentreerd voor de woning. In deze bijzondere binnenbox liggen toilet, vestiaire, berging, douchecel met glazen plafond, keldertrap, keukenwand en een opvallende ontspanningsruimte/televisiekamer als blackbox netjes naast en door elkaar gepuzzeld. Enkele van deze ruimtes – opvallend ook de ovens – zitten bovendien verborgen achter onzichtbare greeploze deuren om de keukenwand zo vlak mogelijk te houden. Het was Qubus die instond voor deze knappe realisatie die uitblinkt in technisch vernuft. Tony Wittevrongel (projectleider interieur): “Wij werken regelmatig samen met Hulpia en dat is altijd heel fijn. Voor dit project was het hun binnenhuisarchitecte die het plan had uitgetekend en daarna hebben we het samen technisch uitgewerkt. Wij hebben al het schrijnwerk uitgevoerd en geplaatst en hebben voornamelijk gewerkt met zwarte MDF die een coating kreeg met matte vernis. Het zijn allemaal panelen die aan elkaar werden bevestigd door middel van een dieperliggende sluitveer. Door dat dit onderhuids gebeurt, zijn er geen schroeven zichtbaar. Ook de ingefreesde deurgrepen zorgen voor een mooie vlakke afwerking. De keuken werd eveneens geïntegreerd in het wandmeubel en is afgesloten door inschuivende draaideuren. In gesloten toestand is de keuken dus onzichtbaar, temeer omdat de toestellen in een wand in de berging zitten waarvan de toegang verborgen is dankzij een zware deur die met verborgen scharnieren en magneten afsluitbaar is. Wanneer de keuken zichtbaar wordt, hebben we gekozen om met een contrastkleur te werken, uitgevoerd in lichtblauwe laminaat op berkenmultiplex. Het eiland kreeg dan weer een zwart volkern werkblad waar we in de badkamer boven met een blad in witte volkern hebben gewerkt voor het zwevende meubel en waarbij tevens het raamtablet en badomkleding mee is opgenomen. In de televisiebox zijn de wanden in gyproc vervaardigd en werden die door de klant geschilderd. De vloer bestaat uit rubberwood die zwart werd geolied. Bijzonder aan de trap is dat die uit twee materialen bestaat: waar die uit de box komt, wisselt die rubberwood treden voor metalen treden. Tenslotte zit in de wand aan de inkom de keldertrap verborgen. Daarvoor hebben we een andere speciale greep toegepast, de No-Ha. Dat is een klepje dat verborgen ingefreesd zit in het deurpaneel. Onze sterkte is dat we ervaring hebben met high-end afwerkingen en ver kunnen gaan in detaillering. We treden altijd in gesprek met zowel architect als klant en de uitdaging voor ons bestaat erin om met elegante oplossingen te komen voor hun wensen en/of problemen. Als je gesprekspartners je daarin dan volgen, geeft dat veel voldoening. Met Qubus doen we naast dergelijke interieurinrichtingen ook totaalprojecten en aanbestedingen maar het spreekt voor zich dat we genieten van speciale projecten als deze.”

In de open ruimte rond deze box vinden we aan de straatzijde een lange gang die opzij uitmondt in de keuken met keukeneiland en rechtstreekse toegang naar een eerste terras. In de keuken zorgt het hoge plafond voor extra ruimtegevoel. Hierop aansluitend vinden we in de leefruimte, waar de plafondhoogte verspringt en minder hoog is, de eethoek met piano, zithoek en kinder-/leeshoek om uiteindelijk voorbij de trap naar boven terug aan de ingang uit te komen. Enkele meubels zoals de bijzondere houten eettafel overleefden de verhuis terecht en fleuren ook hier het interieur op. Door de volledige glazen gevel rondom krijg je een fantastisch panoramisch zicht op de tuin en de groene omgeving achteraan. De karaktervolle terrazzotegel binnen is niet enkel gebruiksvriendelijk, die sluit ook dicht aan op de terrassen in polybeton buiten waardoor de grens tussen beide vervaagt. De indeling binnen bepaalt ook grotendeels de buitenkant en het mooie evenwicht tussen die twee, waarbij vorm en functie samenvallen, sprak de klant enorm aan.

Een slimme zet van de architect was om de berging niet achteraan het perceel te voorzien zoals wel vaker gebeurt maar om die bij de woning te betrekken door met hetzelfde baksteenmetselwerk en daar evenzeer met mooi afgeronde hoeken te werken. Niet alleen maakt die nu deel uit van het gebouw, dit volume draagt ook bij aan de intimiteit van de binnentuin. Verder valt de langgerekte raampartij op in het bovenste baksteenvolume. Achter deze ramen schuilen de twee kinderkamers, gemeenschappelijke badkamer en de vide boven de trap. Eveneens aan de tuinzijde georiënteerd maar apart van de rest en met een groot panoramisch raam vinden we de master bedroom met vestiaire. Alle kamers boven kijken dus uit op te tuin waardoor je aan de straatzijde één lange corridor hebt.  Hoewel het de nodige moeite kostte voor de bouwheer om zijn charmante vierkantshoeve achter zich te laten, ervaart hij het vandaag niet langer als een gemis. Deze woning is immers niet alleen exterieur een architecturale parel, ze blinkt in gebruik ook uit in functionaliteit. Het laatste woord laten we aan de bouwheer zelf. “Een huis is een object en kan dus een sculptuur zijn. Als het dat niet is vind ik het persoonlijk een gemiste kans. Net dat is hier heel geslaagd. Ik kan blijven kijken naar onze woning en elk moment van de dag, afhankelijk van de stand van de zon, zie je andere reflecties spelen. Maar één ding blijft me fascineren: de mooie balans van de bovenbalk op de betonmuur aan de zijkant. Visueel lijkt de binnenbox dan weer de sokkel maar die raakt op zijn beurt het bovenste volume niet aan. In jazz wordt vaak net voor of na de tijd ingezet, een decalage die voor extra dynamiek zorgt. Dat herken ik ook in de architectuur van onze woning. Qua vormgeving blijft ze dus intrigeren en dat is eerder zeldzaam. Om maar te zeggen, ik woon hier heel graag en mis de hoeve niet langer.”

 

Met dank aan:

 

HULPIA architecten
www.hulpia.be

 

Qubus nv
www.qubus.be